Papandayan Vulcano and many wrong roads

Papandayan Vulcano and many wrong roads

Werd het potdomme toch nog onbedoeld avontuurlijk zo tegen het einde van de trip. Gevaarlijk ook wel maar die genen heb ik niet dus dat voelt nooit zo. Het begon nog vrij normaal, ik reed naar een vulkaan, de Gunung Papandayan, behoorlijk actief maar je kunt er tegen een pretpark tarief vrij gaan kijken. Auto parkeren en stukje lopen. Mooi! Veel rook en verre vergezichten. Maar het pad hield maar niet op en ik ken mijzelf, als het hoger kan dan gaat het hoger. Uiteindelijk op de top was het nog mooier. Mijn stappenteller kon weer tevreden zijn vandaag.

 

Weer beneden stelde ik Google Maps in op de volgende bestemming, Pengalengan,voor de Malabar Mess, een hotel in oud Hollandse stijl op een theeplantage. Dat beloofde wat en ik zag op Google dat de weg over de Darajat Pass ging, mooi want ik houd van bergpassen. Het was druk en die pas leek wel een pretpark op zich. Je werd door de touts bijna gedwongen ergens te parkeren maar ik wilde door. Na de top werd het lekker rustig, de weg werd slechter en slechter en ik kwam voor een slagboom te staan. Vreemde blikken van de slagroombedieners maar voor een paar kwartjes mocht ik doorrijden en ja Pengalengan kwam vaag bekend voor. Bleek de pasweg inderdaad een éénrichtingsweg te zijn en mijn auto en ik moesten aan de slag. Google Maps had ik toch echt op rijden ingesteld en niet op lopen… Ja, de tijd die ervoor stond leek wel wat op lopen. Voor een 4-wheel drive zou het kunnen maar een Toyota Avanza? Ik heb een auto zelden zo horen janken en kreunen want het was steil, pfff, met rotsen waar je banden jaren ouder van worden. Soms kon het ding niet verder en moest ik het terug laten glijden en dan maar weer opnieuw de motor laten gillen. Maar ik kwam boven en naar beneden ging hobbelend heel voorzichtig ook nog tot ik eindelijk in een dorpje arriveerde. De mensen staarden mij vol ongeloof na. Ik had foto’s moeten maken maar daar waren mijn handen te bezweet voor. Ik snapte dat je Google Maps niet zo letterlijk moet nemen.

 

Maar hardleers als ik ben deed ik dat wel en volgde trouw de gesproken bevelen “over tweehonderd meter links” en meer van die bla bla. Die laatste tweehonderd meter links werden mij fataal want na een tijdje hotsen en knotsen kwam ik voor een pad te staan wat bijna loodrecht omhoog liep. Ik heb het vier keer moeten overdoen voordat mijn auto kermend boven stond. Aan de andere kant hield de weg op. Het werd een fietspad overgaand in een rotsig wandelpad maar ik kon niet meer terug want achter mij bevond zich een helling van buitenproportionele dimensie. Ik weet nu nog niet hoe het gelukt is maar na een paar uur stond ik plotsklaps op het terrein van een vulkanische energie opvangbedrijf. Na wat geruzie kon het hek open en mocht ik het terrein weer af, een man vol onbegrip achterlatend. Ik beloofde mijn auto bij de eerste de beste pomp weer vol te gooien, dat had het ding verdiend. Dat ikdaarna nog uren rondgereden heb voordat ik bij dat mooie hotel uitkwam was peanuts, men stuurde mij van hot naar her en Google Maps was al helemaal niet meer te vertrouwen. Het hotel was geweldig maar helemaal leeg, ver afgelegen en geen eten te krijgen en ja het ontbijt was het laatste wat ik gehad had. Het werd een saai maar comfie plek in het dorp. Een verloren dag die ik niet had willen missen.