Refugio Chileno

Refugio Chileno

Het bier vloeit rijkelijk. Dirk en Rogier zijn er ook. Amsterdam als domicilie. Beroepen: pepernotenverdeler en ziekenhuisinrichter in derdewereldlanden. Hebben het circuit al gelopen. Weinig gezien door de wolken en de mist, maar veel plezier gehad. Harde jongens met hun hart op de juiste plaats. Erg studentikoos nog, maar vol humor en met een grote hekel aan een tent opzetten. Uiteindelijk wordt het ding tegen tienen opgezet. Zelf slapen wij in de Refugio. We zijn vandaag naar de basis van de Torres gelopen.
En dan de regen, de sneeuw en de mist. Dat we hét uitzicht nu gezien hebben is moeilijk te zeggen. We hebben er heel wat meters bij moeten verzinnen. Toch was het de moeite van het klauteren waard. En klauteren is een understatement. De Sint-Jan van de buitenkant beklimmen zal ook wel kunnen. Toch klommen er ook drie kinderen naar boven. De jongen rond de twaalf en de twee meisjes in de leeftijd van ‘ik zit liever thuis bij mijn vriendinnen’. Dat straalde overigens ook erg van hun gezichten af. Ze klommen net voor ons en eenmaal bovengekomen draaiden ze na een korte blik op het spektakel onmiddellijk om. Wij bleven een kleine drie kwartier in de ijzige kou en sneeuw zitten. Kijken, kijken, kijken. Wat kunnen een paar klompen steen met een plas water eronder mooi zijn.…

 

Op dag drie daalden wij eerst twee uur af naar ons vertrekpunt van gisteren: Refugio Torres. Vandaar brengt een golvend landschap ons heuvel op, heuvel af naar een ccampomento zo'n vier uur verder lopen in het lege landschap vol met de prachtigste bloemen en struiken. Soms stuiten we op een paar wilde paarden. Ook de ouders van de drie kids van gisteren zien we vermoeid tegen een hek leunen. Als we de kinderen zelf voorbij lopen is de spanning van een opgedrongen voettocht voelbaar. De jongen is de katalysator die van het ene zusje naar het andere rent om ze te laten zien dat dit echt echt wel leuk is. Boven op een winderige heuvel maken wij een lekker soepje klaar en zien in de verte het familieberaad plaatsvinden. We zitten in een kolossaal landschap, langzaam komt de rust van het lopen over ons. Karin heeft blaren. De zon schijnt. Later zal blijken dat het gat in de ozonlaag hier enorm is. Ongemerkt worden er gaten in onze huid gebrand. De tocht is lang. Die vier uur gaan we niet halen. Zeker niet met de vele rivieren die we oversteken. Omlopen en uitkijken waar genoeg rotsen liggen om de sprongen te wagen. Plots staan we in een veld margrieten. Een veld zo groot als de drie noordelijke provincies. Een sensatie voor het ooghet oog. Tientallen hazen, zo groot als honden, rennen door de bloemenpracht. Wij volgen. Vlak voor het kamp zien we nog een paar caiquen, een soort gans waar nog aan gewerkt wordt. Ze zijn niet bang uitgevallen. Mooi voor de foto. Terwijl ik de tent opzet verzorgt Karin haar blaren. Er zijn diepe gaten in haar hakken geslagen. Links en rechts plunderen wij EHBO-kistjes. Ons kistje staat trots op een kastje thuis.  Het eten smaakt goed. Een cowboy komt langs onze tent om ons in zijn hut uit te nodigen vanavond. Goed voor de sociale contacten met de andere lopers. Zegt hij. Als wij in zijn gammele hut binnenkomen, heeft de familie net gegeten en wil al vertrekken. Ze komen uit Mexico. Wat rest is een groep meiden uit Engeland. Best goede sociale contacten. Ze lopen morgen morgen alleen de andere richting uit.