Patagonia, a dream came true

Patagonia, a dream came true

Een rot eind weg. Om tien voor half acht stond een opgefokte taxi chauffeur te claxonneren voor de deur. Opschieten, opschieten, lomp is de norm. De waarden zijn vervangen door een heel snel lopende taximeter. Zondagmorgen 's-Hertogenbosch Centraal is desolater dan Patagonie in juni. De NS is gelukkig over het hele net vertraagd zodat je aansluiting weer klopt.
Tien voor half tien. De KLM lounge op Schiphol. Drie verwaande kwalleballetjes van een jaar of 12 dreinen dat ze willen shoppen. "Wel jullie mobieltjes aan zetten. Dan kan mama jullie tracken!" zegt moeder uit Vught. Hun woonplaats hadden ze zonet luidkeels bekend gemaakt. "Hebben jullie je pasjes bij je? Voor niets gaat de zon op, hahaha!"
Half twaalf 's avonds, nog steeds dezelfde dag. We scheuren in noodvaart richting Sao Paulo. Deze taxirijder heeft er zin in. Wij ook. Wijntje of wat in zo'n swingende hotelbar en eindelijk naar bed rond een uur of 3. De volgende dag een verrassend leuk Sao Paulo verkend en op het eind van de middag in de taxi op weg naar onze vlucht richting Santiago. Het wordt saai. Taxi in moordvaart naar de plaatselijke Sheraton. Wijntje of wat in de intieme hotelbar en moe naar bed. Volgende ochtend om zes: de wekker. Taxi. Luchthaven. Niet kunnen pinnen (heel dom, de vorige avond betaalkaartje in betaalautomaat laten zitten). Vlucht van 4 uur. Busje naar Punta Arenas. Bustocht van 3 uur naar hier. Nog maar 3 uur te bussen naar ons reisdoel. Het is dinsdagmiddag 5 uur plaatselijke Chili tijd. 64 uur na vertrek. In Nederland gaat Barend en van Dorp aan.

 

We zijn echt in het Wilde Zuiden terecht gekomen. Bonkige, knoestige koppen. Een stripverhaal achter de toonbank. Een deuk, en dan hebben we het hier over een deuk, in zijn voorhoofd. Milosovics, maar dan helemaal kapot. Na vier generaties nog steeds een zwaar Slavisch accent. Ruiten overhemd en riem met lege patroonhouders. Pivcevic op de etalageruit. Handel in moeren, bouten, plastic emmers, kerstengelen, generatoren, butagas tankjes voor kleine kooktoestelletjes. Dat laatste maakte ons bezoek nuttig. In tegenstelling tot zijn andere handel exorbitant in prijs. Ja, hij weet ook wel dat die dingen in vliegtuigen verboden zijn. En, hoe kom je anders op deze van God verlaten plek? We zijn op 51˚43˚39˚ zuiderbreedte. Zoek maar op. Je valt er bijna vanaf. En dan komen we al een heel eind uit het zuiden. Puerto Natales heet het hier. Veel half vergane vissersboten, herdenkingstekens voor jongens die op zee gebleven zijn. Die boffen. Onder water moet het stukken gezelliger zijn. Huizen van golfplaat of platgeslagen conservenblik. Wel in prachtig felle kleuren geschilderd. Ramen met veel vitrage, standaard een kerstversiering tussen glas en gordijn, een kat op de stoep en een autowrak onder nog meer golfplaat ernaast. Het is kerstavond en de door de rest van de wereld afgedankte handel in de vele winkeltjes wordt onbegrijpelijk genoeg toch verkocht om onder een boom met teveel ballen gelegd te worden. Hier wilden wij naartoe. Ach, het is eigenlijk best mooi. En armoede en verval is altijd fotogeniek. Kom, aan het werk!