poor Bhuj

poor Bhuj

Na mijn vroege rit naar Bhuj heb ik een dagje vrij genomen. Bhuj is een beetje het Verweggistan van India. Het is in 2001 getroffen door een verwoestende aardbeving en het trieste van natuurrampen is dat na verloop van tijd alleen nog getreurd wordt over de verwoeste gebouwen, de mensen zijn al bijna vergeten. Tussen het puin van de oude paleizen en heiligdommen heb ik toch nog vier (4!) musea kunnen vinden, een beangstigende gescheurde toren beklommen en een mooi verhaal gehoord van de eigenaar van een prachtig oud guesthouse. Hij vertelde dat het nu mogelijk is, en populair, om met een Indiase tuk-tuk van Jaisalmer naar Cochin te reizen. Een enorme afstand. In 15 dagen! De hotels onderweg zijn geregeld je moet er alleen nogal vaak benzine ingooien. Tijd om iets te bekijken is er nauwelijks. Maar voor de liefhebber…

 


De musea vandaag waren onderhoudend om het mild te zeggen. In het Volkenkundig Museum waren heel veel displays te zien van klederdrachten en oude ambachten. Het viel op dat daarbij de vrouw werkt en de man nogal chagrijnig toekijkt. Zoals vaak in het echte leven. De mannen zien dit echter niet want er bezochten alleen vrouwen deze musea.
Bhuj is de hoofdstad van Kachchh, India’s wild west, wat nu in het droge seizoen goed begaanbaar is maar in de regentijd voor een groot deel onderloopt. Ik ga hier een kleine week doorbrengen. We zullen zien.