Justin Bieber in Champaner

Justin Bieber in Champaner

Het was een soort van wachtrij-doolhof waar ik in terecht kwam. Als in De Efteling maar dan langer en dicht op elkaar. Honderden mensen stonden te wachten voor een plekje in de kabelbaan. Er was geen sprake van dat ik kon gaan lopen naar de top. Ik werd simpelweg geëscorteerd naar de ticketboot. Daar bleek de rij dus oneindig lang en iedereen wilde wel iets zeggen en allemaal wilden ze een selfie. Met mij dan wel. Als ze vroegen waar ik vandaan kwam en ik Netherland zei hoorde je het honderden malen herhalen eerst hard en dan wegstervend. Het was een wonder dat ik voor de avond in de cabine van de kabelbaan zat. Ik weet niet of er onaanraakbare tussen de rijen stonden, ik vrees van niet, maar ik was in ieder geval aanraakbaar. Vooral toen ze de haren op mijn armen ontdekt hadden was er geen houden meer aan en kon het grote aaien beginnen. Eenmaal boven zwermde iedereen uit maar had ik er honderden vrienden bij. Niet op Facebook maar in mijn hart. De meeste kinderen waren hier met school, een heus schoolreisje en toen ik later, weer beneden, door de oude stad Champaner dwaalde passeerden er steeds bussen waarvan dan de raampjes opengingen en veel zwaaihanden zichtbaar werden en werd er John, John gescandeerd. Ik voelde mij voor één keer Justin Bieber. Ik beloof het, voor één keer maar. 

 

Op de berg deed ik wat er van mij verwacht werd, dus de trappen op naar het heiligdom uit 1200, even mijn handen wassen in het meer en daarna handen schudden met alle heilige mannen, en een paar vrouwen, die hier strategisch opgesteld staan en zitten. Meestal in een bocht voor 180 graden zicht. Hoe heilig ze zijn kun je afmeten aan de hoogte van de bakshees die ze vragen. Hoe minder ze vragen des te heiliger zijn ze. Maar als westerling ben je eigenlijk een wandelende pinautomaat. Ik had maar een bordje defect omgehangen. Dat hangt hier ook op vrijwel iedere pinautomaat. De afdaling duurde een stuk korter dan de rit omhoog met kabelbaan.

 

Toen was het tijd voor oude stenen. Vele grote steden uit de oudheid over de hele wereld waren eeuwenlang het centrum van hun beschaving, maar werden verwoest of vergeten en vervolgens eeuwen later herontdekt als puin of ruïnes of louter als schaduwen. Andere steden bleven groeien en veranderen, wat leidde tot mengelingen van duizend jaar oude forten en tempels, middeleeuwse straten en markten, koloniale  overheidsgebouwen en moderne hoogbouw, kantoren en winkelcentra die het oude overwoekeren. Maar er zijn niet veel plaatsen in de wereld die van een kleine plaats van belang zijn geworden tot de hoofdstad van het koninkrijk tot weer bijna volledig verlaten en verloren gegaan in de wildernis. Champaner is zo'n plek. Hier vindt je een oud paleis, een fort, verschillende moskeeën, maar je loopt ook door oude straten, net zoals de inwoners vijf eeuwen geleden deden. Ja, Champaner daar kwam ik eigenlijk voor. Voor de Boedhisten is Bagan in Birma een schoonheid en dit is van de Moslims, niet zo groots maar vergelijkbaar.  Moskeeën in verschillende stadia van verval, niet meer in gebruik maar even sfeervol in het landschap gedropt. Na de zesde moskee voelde ik al die trappen en paden en stapte ik met wat moeite weer in mijn bolide, terug naar Vadodara.