The Road to Manigangga

The Road to Manigangga

The Road to Manigangga, dat klinkt als een titel van een goedkope roman. Nu, het is er eentje, die weg. Nog wel tenminste want de tunnel is bijna klaar. Aan de voet van de pas is nog een gompa waar je nog een paar rondjes van de kora kunt doen om safe deze verschrikkelijke weg over te komen. De Cholapas, 5050 meter hoog, stijl, smal, druk en langzaam maar zeker afbrokkelend. Veel vrachtverkeer die iedere keer weer een klein stukje van de randen eraf rijden. Ik ben wel wat gewend maar dit was geen kattenpis en zeker niet met mijn nieuwe driver die zeker ergens iets gelezen had over Max Verstappen en zijn bochtenwerk. Ik kan je verzekeren, hij heeft het nog niet onder de knie. Maar daar stond dan weer tegenover dat het vreselijk mooi was daarboven. We begonnen de tocht met regen en zware bewolking maar langzaam maar zeker trok die op en kwamen in een prachtig spel van toppen, rotspartijen en vliegende wolken terecht. Adembenemend. Boven aan de pas weren er weer tientallen kilo’s aan papier de lucht in gesmeten in de vorm van kleine blaadjes met een gebed of mantra erop. Mijn chauffeur had een serie vlaggen bij zich die hij uiterst zorgvuldig begon op te hangen. Ik knipte mijzelf wild aan het wolken- en rotsspel. Straks delate ik het meeste weer maar het was zo mooi en indrukwekkend.
Op de afzink kwamen we weer tientallen fietsers tegen die zichzelf afbeulden op het gravel en in de stof van de vele vrachtwagens. Arme jongens en meisjes. Kom toch naar Nederland, lekker vlak en aparte fietspaden.


Beneden in het dal bleef het mooi en mooier werd het toen we Xīnlù Hǎi zagen liggen. Een wonderschoon bergmeer met een opaal witte kleur waar blauw doorheen flonkert. King Gesar's meest geliefde concubine Zhumu was zo onder de indruk van dit meer dat ze haar hart erin liet vallen. Vroeger was er toch veel meer mogelijk dan nu, denk ik weleens. Ik liep er een uurtje rond en genoot van de chörtens en mani stones, aan de voet van de besneeuwde Chola Mountain.


Met de lunchtijd waren we al in Manigangga en vonden een goed hotel wat verrassend was in zo’n klein stadje. Een stadje dat er sympathiek uitzag in tegenstelling wat de Lonely Planet erover schrijft. Het is dat ik die digitaal bij mij heb anders had ik deze in de vuilnisbak gegooid. De klim, na het goede eten, naar de vermeende Gompa hoog achter het dorp bleken woningen van nonnen te zijn. Precies aan de overkant van het stadje lag de beoogde bompa en daar heb ik later mijn driver voor opgetrommeld. Ook die was echter niet zo bijzonder en natuurlijk ook op slot. Wel een mooie rit naar boven.


Op het einde van de middag wandelde ik nog wat rond en kwam bij een chörten terecht waar iets aan de hand was. Er stond een lange rij mensen marmeren tabletten van zo’n 60x40x5 door te geven. Niet echt een licht klusje. Aan het einde van de rij werden ze opgestapeld. De Engelse lerares van het ontfermde zich over mij en ik kreeg uitleg. Het was een belangrijke dag van het jaar waarbij er geofferd diende te worden en geen vlees gegeten mocht worden. En ze stapelde wat af vandaag. 10.000 tabletten kwamen er op een soort muur te liggen met aan beide zijden van de tabletten een heel verhaal. Indrukwekkend. Natuurlijk was ik ook de klos en ik heb nog een uurtje mee staan doorgeven. Gelukkig bleek het karwei er bijna op te zitten en ik kreeg de eer het laatste tablet op de muur te mogen leggen. Als voorwaarde daarvoor bleek daarna dat ik met een tiental vrouwen en de lerares nog een kort van een paar kilometer moest lopen. Mijn stappenteller kwam vandaag weer redelijk boven het gemiddelde.