Dance?

Dance?

Over gisteravond. Carnaval of erger?
Als Bosschenaar heb ik het een en ander meegemaakt qua dronkenschap, openbaar en alles erop en eraan. Maar wat gisterenavond allemaal om mijn nek hing,  mij bijkans plette, totaal onverstaanbaar aan het lallen was en alle clichés ooit verzonnen omtrent dronkenschap tot leven liet komen was onvoorstelbaar. Ik hoorde drums, een bak herrie en vaag gezang. Erop af. Het was nauwelijks 50 meter achter mijn hut dat er een flinke opstoet was van mensen. Jong en oud en aangeschoten. Iedereen wilde naar binnen door een afscheiding van een gordijn. Voor een witte man maken ze dan zomaar plaats en bij het gordijn werd overlegt of ik binnen mocht. Dat duurde even maar daarna moest ik drie kwartjes betalen en stond ik binnen. Half het dorp schijnt mij nu al te kennen en ik had direct teveel vrienden. Alles wat mij aangesproken had op het strand of betrokken was geweest bij mijn boottocht van vanochtend had voorrang. Vonden ze zelf. Er hingen er om mijn schouder, molesteerden mijn rug en riepen met drank doordrenkte flarden van woorden zo dicht bij mijn gezicht dat de alcohol vrijwel puur en rechtstreeks mijn slokdarm ingekolkt werd. Terwijl ik naar het dansen wilde kijken en ala het kon ook nog een foto maken. Dat lukte niet maar dat kwam vooral omdat het vrijwel donker  was op de binnenplaats waar ik terecht gekomen was. Dat er nog een paar onscherpe beelden overbleven had ik te danken aan het peertje boven de drummers wat mij wat licht verschafte. Was het eng? gevaarlijk? Vooral heel vermoeiend en de dansers schopten al het zand in het rond wat voor hun voeten kwam. Dat zit nu in mijn haren en alle andere openingen. Maar alcohol ontsmet gelukkig.