Monikkenwijsheid

Monikkenwijsheid

Toeiiiiiiiii deed de chauffeur van ons minibusje, onderweg van Houayxai naar Luang Namtha. Dat was nadat we weer vertrokken waren van de plaats van het ongeval. Even daarvoor zat ik een beetje weg te dommelen tegen het raam in een te ongemakkelijke houding. De man die ons de 200 kilometer vervoerde zat voor mij, te dicht voor mij. Kon ie niets aan doen daar stond zijn stoel. Ik was heel vroeg uit Chiang Rai Thailand vertrokken en na langdurige grensformaliteiten 'monter' op weg in Laos samen met zes andere reizigers. Ik schrok wakker omdat er een auto met hoge snelheid passeerde. Te hoog bleek want enkele seconden later lanceerde hij zichzelf en zijn busje in een flauwe bocht de sloot in. Waar de wagen op z'n kop in terecht kwam. Onze chauffeur slaakte een kreet, stopte en bleef stil zitten. Er heerste een doodse stilte. Ik wilde eruit om hulp te bieden maar kon mij niet bewegen en niemand maakte enige aanstalten. Een vreemde situatie. Gelukkig kwam er even later beweging vanonder het wrak vandaan en, eigenlijk hilarisch, het eerste wat ik zag was een hand met een tandenborstel. Die had hij als eerste levensbehoefte kunnen redden. Er kropen twee mannen uit, ongedeerd, wat niet te geloven was. Een paar minuten later zat de man van de tandenborstel met z'n tas op schoot op de voorbank waar daarvoor een Laotiaan veel comfortabeler had gezeten, een bron van jaloezie van mijn kant. Toen kreeg onze chauffeur weer praatjes; Toeiiiiiiii gaf hij een imitatie van de slippende auto.

 

 

 

In iets meer dan drie uur waren we in Luang Namtha waar ik vrijwel onmiddellijk een ander busje nam om door te rijden naar Muang Sing. De tocht gaat door een dicht bebost gebied over een weg die op de achterbank duidelijk te voelen is. Onder bonkt het, onder butst het. Maar het landschap is goddelijk, maagdelijk en heel groen. Groener gaat bijna niet. De kleine dorpjes van de bergvolkeren die bruin en grijs ogen verstoren bijna dit tafereel. Hier wonen Akha, veel Akha, Black Thai, Leu, Mien en Hmong. Allemaal met hun eigen klederdracht en allemaal in een overgangsfase naar t-shirt en spijkerbroek. Muang Sing is de oude opiumhoofdstad van Noord Laos. daar is niet zoveel meer van te merken. Nu is het vooral lelijk door de, vooral Chinese, nieuwbouw. China moet nodig wat aan de mensenrechten doen maar ook erg voor de mensheid is hun smaak van architectuur, waarmee ze ook alle buurlanden besmetten. Vijfduizend jaar beschaving van zeer hoog niveau is de laatste jaren teniet gedaan door die wanstaltige smaak van de gebouwen die overal neergekwakt worden. Over Chinezen gesproken. Vanavond kreeg ik te horen dat die opiumteelt er nog steeds volop is alleen minder openbaar. Behalve opium is er in de afgelegen gebieden van Laos ook handel in wapens, jonge meisjes, softdrugs, amfetaminen, heroïne, zeldzame dieren en paspoorten en geld afhandig gemaakt van argeloze toeristen. De maffia verrijkt zich maar het milieu, en schade aan de cultuur en landschap is enorm. Corruptie is overal. Was hier altijd al en de eerste die hiermee in het nieuws kwam was Tom Dooley, niet de Tom Dooley van het liedje die opgehangen werd, maar een heroïsche jungle dokter in het Indochina van de jaren vijftig. Maar hij was ook een secret agent van de CIA, die hem beschermde. Hij heeft geholpen bij de eerste campagnes van de oorlog in Vietnam. En de geruchten gingen dat de kisten vol met medicijnen die naar zijn kliniek in Muang Sing gestuurd werden terug gingen vol met heroïne. In 1961, stierf hij aan kanker op zijn 34e verjaardag. Op de dag Tom Dooley stierf, werd zijn kliniek in Laos overspoeld door de Pathet Lao. Hij werd uitgebreid geëerd door president John F. Kennedy en die kende hem een postume Medal of Freedom toe.

 

Van ochtend aan het ontbijt mijn dagelijkse pilletje tegen hoge bloeddruk ingenomen die mijn meer dan jachtige bestaan moet compenseren wat echter direct teniet werd gedaan door een volle mok Lao koffie die zo sterk was dat mijn lepeltje rechtop erin bleef staan. Daarna vol goede moed een trekking begonnen die mij langs veel bergvolkeren moest brengen en een wandeling van ruim zeven uur zou beslaan. Nee dus, het begon vrijwel direct te regenen en het zat zo dicht dat ik na ruim anderhalf uur besloot aan die lijdensweg een einde te maken en een auto terug naar Luang Namtha te nemen.

 

Luang Namtha was een beetje saai te noemen. Een stadje wat vooral van het toerisme leeft. Iedereen heeft het hier reuze naar zijn zin lijkt het wel en dat komt vooral door de geboden faciliteiten. Volop cafe's en restaurants en veel medereizigers om je verhaal kwijt te kunnen. Ik had er hier ook weer twee aan mijn broek hangen. Belgen. En ze hadden zoveel te vertellen dat ze allebei tegelijk moesten praten. Door elkaar wel te verstaan. Ze zijn een tocht aan het maken vanuit België via China naar Australië met een auto. Dapper en avontuurlijk en een van mijn dromen. Maar als je naar hun verhalen luistert heb je direct geen zin meer. Wat een zeurkousen. Toen ik ze afgeschut had hoorde ik ze hetzelfde verhaal nog vier keer vertellen in de loop van de dag en iedere keer begonnen ze met dezelfde, helemaal niet grappige, anekdote die ze steeds weer grinnikend vertelden. "Italianen spreken allemaal twee talen, Italiaans en dialect van de streek waar ze vandaan komen" HiHi! En luisteren ho maar. Iedere vraag die ze eventueel stellen is een aanleiding voor meer eigen story's.

 


Maar ik moet ook niet zeuren want kan ook ergens anders gaan zitten. Dat heb ik enige keren gedaan. Toen had ik alle reizigers holen wel gehad en inderdaad ze lijken allemaal op elkaar al zijn ze allemaal anders. De bekende Thaise spreuk op de t-shirt deden ze eer aan "Same Same But Different". Ik ging maar weer eens verderop kijken. Volgende station moest Oudom Xay worden. Het stadje wordt in de reisbijbels beschreven als totaal oninteressant. Een goed transportknooppunt, wat goede hotels maar dan heb je het wel gehad. Ik vond het leuk. Er werd geleefd en gewerkt en Aziatische middengrote stadjes zijn allemaal rommelig en wanstaltige gebouwen heb je overal. Hier huurde ik direct een auto voor de volgende dag naar Phonsali. Het nieuwste trekkingparadijs van Noord Laos. Want met de bussen heb ik het weer helemaal gehad. Probeer op al mijn reizen bussen zoveel mogelijk te beperken en dat is de laatste jaren heel aardig gelukt. De laatste kon ik mij niet meer herinneren. Maar deze trip heb ik er al drie gehad. Niet eens zo'n slechte maar het is nu eenmaal geen hobby. Van Luang Namtha naar Oudom Xay hadden we met drie Nederlanders de hele achterbank. Zeer comfortabel. En de tocht duurde slechts drie uur in plaats van de voorspelde vier tot vijf uur. Onderweg veel groen met daartussen harmonieuze dorpsgezichten, hooggelegen met schitterend uitzicht op de bergketens rondom. Als je dan wat dichterbij komt is het vuil en rommelig. Milieu onderricht laat nog op zich wachten. Maar daar hebben wij in Europe ook decennia over gedaan. De mensen zijn ook hier gewoon vriendelijk en heel open naar al die bezoekende buitenlanders. En de oude monnik die aan mij vroeg wat ik dan eigenlijk mijn hele leven gedaan had als ik geen kinderen had maakte mijn hele dag goed. Ik stelde de tegenvraag uit eerbied maar niet.