Paramaribo, the Capital

Paramaribo, the Capital

Natuurlijk was Paramaribo mijn eerste stop in Suriname. Ik verbleef in Hotel Torarica, synoniem voor exclusiviteit, luxe en zakendoen in hartje Paramaribo. Zeggen ze zelf. Ze zeggen ook De grandeur en bruisende levendigheid van het hotel dat nooit slaapt, brengen u in Surinaamse sferen zodra u de lobby instapt. Ik vond het een tikje saai, en patserig tegelijk. Een van de eerste avonden zat ik aan de bar en aan de overkant stond de burgemeester van Rotterdam, de heer Opstelten, te blazen tegen wat Surinaamse hot-shots. Plotseling kwam er een man naast mij zitten, de meeste krukken waren bezet, en tegelijk werd ik op mijn schouder getikt door een soort body-builder, en die siste mij toe don’t talk to him. Toen ik keek zag ik dat het Bouterse was. Er ontstond wat zenuwachtig rumoer en even later vertrok Opstelten met zijn gevolg uit de bar. Het was blijkbaar een provocatie van Bouterse die echter ook vrij snel weer vertrok. Daarna had ik de bar vrijwel voor mij alleen. Maar dat was ook niet de bedoeling dus belandde ik vrij vroeg in mijn bed.


Paramaribo, Suriname, is eigenlijk een hele lieve plek ondanks de wetenschap van die verschrikkelijke decembermoorden. Maar vanwege de eigen bouwtraditie waaraan het Surinaamse volk ook een beetje zijn herkenning en identiteit ontleent, hebben de houten huizen zo’n eigen gezicht en geeft het de stad iets gezelligs, kleins en traditioneels. Zo'n unieke architectuur, gemaakt met goedkope bouwmaterialen, komt haast nergens voor. De witte houten huizen maken Paramaribo uniek. En ook al die ministeries die in die houten gebouwen zijn gevestigd met die unieke, beetje knullige, naamborden geven de stad een provinciaalse uitstraling. Het Surinaamse huis is niets anders dan een uit balken en kolommen samengestelde, grote kist met daarop een steil dak.